Het is moeilijk om consequent te zijn in je politieke stijl, want het verschil tussen twee stijlen zit vaak in kleine woordjes. Zoals het gebruik van wij: soms verwijst ‘wij’ naar het volk, soms naar politici, soms naar een groep mensen en soms naar iedereen. Het kan de stijl van politici compleet veranderen zonder dat ze er misschien erg in hebben.

Politici gebruiken graag het woord “wij.” Het schept een gevoel van saamhorigheid met het publiek. Ook is het een machtig framing instrument: op de golven van een wij-gevoel gaan luisteraars gemakkelijker mee met de gedachtengang van de spreker. Een slordig gebruik van wij is echter tricky. Want het ene wij is het andere niet, zoals in onderstaande quotes.
In “wij zijn woedend” verwijst wij naar het volk of de kiezers die boos zijn op de politiek of de elite. In de uitdrukking “samen komen we er” verwijst wij naar iedereen, kiezers en politici, volk en elite. In “wij zijn er voor u” is er ook een tegenstelling tussen kiezers en politici, maar nu verwijst wij naar de politici, die er voor de kiezers zijn.
Dit maakt allemaal uit voor je politieke stijl. Sommige politici voelen deze verschillen heel precies aan. Anderen doen eigenlijk maar wat. Let op dat je het wij gebruikt dat past bij jouw politieke stijl! Boris Johnson is daar bijvoorbeeld heel consequent in. Hij gebruikt nooit “wij” voor het volk. ‘Wij’ is of de politieke elite, of het volk en elite samen verenigd in Engeland. Zo zie je dat je niet één met het volk hoeft te zijn om te overtuigen. Johnson overtuigt op afstand. Net zo goed.
