
Het Archetype-model is gebaseerd op de analyses uit het proefschrift van Carola Schoor. De zes archetypen worden bepaald door drie vragen:
1 – Bij welke groep hoort een leider (in de politiek: volk of elite / in een bedrijf: de baas of “one of the guys” / in het onderwijs: manager of docent)?
2 – Hoe ziet iemand de waarheid: als relatief of absoluut? Heb je de waarheid in pacht, of sta je open voor nieuwe ideeën? Ben je een weter of een leerder?
3 -Met welke persoon identificeert deze leider zich: in de politiek: die van kiezer of politicus / in een bedrijf: die van klant of bedrijf / in het onderwijs: van de school of de ouders en leerlingen?
Er is geen goed of slecht antwoord op deze vragen. Wel is het zo dat sommige antwoorden beter bij elkaar passen dan andere. En elke stijl vraag om een andere manier van communiceren.

In de zes archetypen zijn de antwoorden op elkaar afgestemd. Deze politieke identiteiten zijn in balans. Ze hebben allemaal hun eigen kracht. Maar ook hun eigen valkuilen. Alleen door die te kennen, en er rekening mee te houden in je communicatie, kun je overtuigen door jezelf te zijn.
De specifieke combinatie van antwoorden op deze drie vragen bepaalt iemands politieke stijl. Er zijn zes stijlen:
- de burger – een boze stijl
- de redder – een alwetende stijl
- de bestuurder- een degelijke stijl
- de samenwerker – een positieve stijl
- de probleemoplosser – een pragmatische stijl
- de activist – een opstandige stijl
Leiders hebben niet altijd consequent één stijl. Vaak combineren ze twee stijlen. Sommige stijlen gaan redelijk goed samen en andere absoluut niet. Stijlen die in de cirkel (zie plaatje) aan elkaar grenzen, zijn in principe te combineren. Hoe verder de stijlen in de cirkel van elkaar afliggen, hoe moeilijker ze samengaan. Tegenover elkaar liggende stijlen combineren niet want ze zijn echt in alle opzichten elkaars tegengestelde.
Over het algemeen geldt dat wie een consequente leiderschapsstijl heeft, overtuigender is. Iedere stijl komt met een eigen pakket aan retorische middelen om een leiderschapsstijl consequent en overtuigend uit te dragen. Zie > training politieke stijl en retorica